Ik ben een wegwerpcamera. Af en toe word ik tevoorschijn gehaald. Ik maak geen geluid, op een zachte, doffe klik na. Ik oordeel niet, ik maak niets mooier, ik leg slechts het moment vast. Ik ben aangeschaft met het idee dat ik misschien weer weg moet. Dat hangt af van allerlei dingen die niets met mij te maken hebben. Het kan ook zijn dat ik mag blijven. Dat ik straks als het rolletje ontwikkeld is een mooi plekje krijg tussen de foto’s die ik gemaakt heb. Vooralsnog ben ik een toestel dat af toe een leuk plaatje schiet, maar waarvan je makkelijk afstand doet. Aan een wegwerpcamera hecht men zich niet. Soms droom ik dat ik een echte camera ben. Zo’n mooie zwarte met een echte zoomlens in een zachte tas. Eentje die men niet kwijt wil raken.