Zijn hart was zo groot als een kerk. We schreven elkaar brieven, vertelden over onze levens. Ik over mijn nieuwe rol als moeder, hij over zijn dagen in eenzaamheid in een kleine cel in Louisiana. Hij informeerde naar mijn familie, vertelde over de zijne. Baby’s die hij niet kon knuffelen, begrafenissen die hij niet kon bijwonen. Nooit met zelfmedelijden, maar met een zachtheid die ik zag op de foto’s die hij stuurde. Uit zijn woorden klonk rust, maar nooit berusting. Hij streed met liefde. Na meer dan 40 jaar kwam hij vrij. Ik ontmoette hem en vertelde hem over de brief die hij me stuurde in een lastige periode. Hij schreef: ik weet dat het nu moeilijk is voor je, maar ik zal er altijd voor je zijn. Vorig jaar overleed hij. Zijn hart nu oneindig. Vrij.
?
Het ontroert me ?